Handelingen

Montfoort, Pastoor Spaanplein 2 - Johannes de Doper

Uit Reliwiki

Versie door JvN (overleg | bijdragen) op 12 okt 2012 om 19:19 (Enkele correcties tekst)


Algemene gegevens
Genootschap : Rooms Katholieke Kerk
Gemeente : Montfoort
Plaats : Montfoort
Adres : Hoogstraat 82
Provincie : Utrecht
Jaar ingebruikname : 1925
Huidige bestemming: kerk
Naam kerk : H. Johannes de Doper
Architect : Riele Gzn, W.A.M. te
Monument-status: Rijksmonument
Inventarisatienummer: 04171


opname 03-07-1982 © JvN.
opname 03-07-1982 © JvN.
opname 03-07-1982 © JvN.
opname 03-07-1982 © JvN.
opname 03-07-1982 © JvN.
opname 12-09-2009 foto. Edward Ippel. Hoorn.
opname 12-09-2009 foto. Edward Ippel. Hoorn.
opname 12-09-2009 foto. Edward Ippel. Hoorn.
opname 12-09-2009 foto. Edward Ippel. Hoorn.


Geschiedenis

In 1923 werd door het parochiebestuur van de RK KERK 'Heilige Johannes de Doper' besloten een nieuwe kerk te laten bouwen, omdat de bestaande kerk uit 1861 te klein werd. Men wilde de nieuwe kerk op dezelfde plek laten bouwen.

Architect W. te Riele, die wat kerkenbouw betreft al een omvangrijk oeuvre had opgebouwd, kreeg de opdracht. Hij ontwierp een driebeukige hallenkerk in neogtische stijl, waarbij het koor naar het oosten gericht is. Doordat de kerk groter moest zijn dan haar voorganger en de plek relatief klein was, moest Te Riele de kerk schuin op het plein zetten.

Mede door haar omvang neemt de kerk een prominente plaats in het stadsbeeld in. De kerk kwam in 1925 gereed. Het interieur van de kerk was vroeger, qua aankleding, rijker gedecoreerd dan nu. De gewelven waren rijk beschilderd. Deze zijn even na 1960 wit overgeschilderd.

De glas-in-lood ramen komen vermoedelijk uit het atelier van Joep Nicolas sr. uit Roermond, waarmee Te Riele bij andere kerken ook samenwerkte. De uitbouw tegen de noordoostzijde van de kerk en de oude pastorie zijn voor de bescherming van ondergeschikt belang.

Omschrijving

In de noordwesthoek van de oude stad gelegen driebeukige hallenkerk is in baksteen opgetrokken onder met Hollandse pannen gedekte zadeldaken, schilddaken en spitsdaken. De dakschilden van het schip worden, ten behoeve van de lichtbeuk onderbroken door gemetselde topgevels onder steekkappen. De plattegrond van de kerk wordt gekenmerkt door een ruime opzet van het schip en zijschepen die dezelfde hoogte en lengte van drie traveeën hebben, waardoor een vierkante grondvorm is ontstaan. Aan de oostzijde sluit de kruising met korte zijschepen hierop aan. De kerk wordt aan de oostzijde afgesloten door een vijfzijdige koor en twee absidiolen. Het exterieur heeft massieve uit grauwe baksteen opgetrokken gevels, waarin voornamelijk spitsboogvensters met gemetselde stijlen en vorktracering zijn gezet. Onder de afzaat van de spitsboogvensters is een vrijwel rondlopende bloktandlijst gemetseld. De dakranden worden een fries zaag- en bloktandlijsten. Op de meeste hoeken van de bouwvolumes zijn éénmaal versneden overhoeks geplaatste steunberen gemetseld. Het westwerk wordt gevormd door een topgevel met entreepartij. Deze bestaat uit een getoogde dubbele deur die in een verdiept spitsboogvormige gevelvlak is gezet. Boven de ingang is een groot spitsboogvenster geplaatst met een brede gemetselde middenstijl eindigend in een vorktracering. Ter weerszijden van de ingang en het venster zijn in de gevel spitsboogvormige blindvensters gemetseld. Rechts, tegen de zijgevel van de topgevel is een traptoren onder steekkap gezet. De zijgevels zijn in totaal zes traveeën lang hebben een ritmische geleding van steunberen en lisenen, waartussen spitsboogvensters zijn geplaatst. Ter hoogte van de kruising bevindt zich het iets teruggelegen dwarsschip onder steekkap die aansluit op de toren. Tegen het dwarsschip is zowel aan de zuid- en noord zijde een absidiool onder zadeldak gezet, die aan de zuidzijde vrijwel geheel door de sacristie ingebouwd is. De sacristie telt één bouwlaag en heeft op de zuidoost hoek een zeskantige toren met een zeskantige spitsdak als bekroning. In de gevel zijn drie getraliede vensters gezet. Het koor wordt bekroond door een zadeldak, waarvan de nok lager is dan van het schip. De toren heeft een trapeziumvormige grondvorm en gaat boven de nok van het schip over in een zeskantige vorm, waarin aan elke zijde galmgaten zijn gemaakt. Elke hoekzijde is door een liseen benadrukt. De spits is met rode daktegels gedekt. Het interieur van de kerk kenmerkt zich door de consequente toepassing van schoon metselwerk (grauwe baksteen). Zware gemetselde pijlers gaan over in gemetselde, scheibogen en ribben. De ribben zijn op de kruispunten verrijkt met abstract siermetselwerk in gele en zwarte steen. De bepleisterde gewelven zijn thans wit gesausd. De gemetselde kruisribgewelven in het ondiepe priesterkoor ontspringen vanuit een natuurstenen kraagsteen. Langs de lichtbeuk van de absis loopt een triforium. De spitsboogvensters van het koor hebben glas-in-lood ramen. De vloer van de kerk is bedekt met tegels (steenrood, oranje, blauwgrijs en zwart) in een geometrisch patroon. Het zwartmarmeren hoogaltaar heeft een witte, neogotische opbouw die door een Christusbeeld met gespreide armen bekroond is. De houten kerkbanken en de biechtstoelen stammen eveneens uit de bouwperiode.

Waardering

De RK kerk 'Heilige Johannes de Doper' is van algemeen belang vanwege de cultuur- en architectuurhistorische waarde als karakteristiek voorbeeld van een hallenkerk in neogotische stijl uit het derde kwart van de 19de eeuw, ontworpen door W. te Riele. Als zodanig is de kerk, die zowel wat betreft ex- als intereieur zich grotendeels in oorspronkelijke staat bevindt, van belang voor het oeuvre van architect W. te Riele. Tevens is de kerk van belang als uiting van de rooms-katholieke geloofsbelijdenis in die tijd en heeft ensemblewaarde als beeldbepalend element binnen de historische bebouwing van Montfoort.

In de media

Uit Het Centrum, 14 augustus 1925.

Gisteren werd alhier onder groote belangstelling de nieuwe R.K. Kerk geconsacreerd door Z.D.H. Mgr. H. van de Wetering, Aartsbisschop van Utrecht. Mgr. werd om ongeveer 8 uur door ruiters en wielrijders op versierde fietsen van de grens der parochie afgehaald, de R.K. Fanfare blies fier haar Roomsche Blijdschap uit om de heugelijke entree van Utrechtse Kerkvorst. Het was een feestelijke aanblik, toen Mgr. door het dorp reed en arriveerde voor de beide voor de pastorie opgestelde eerebogen. Bij de Kerkconsecratie, die hierna een aanvang nam, fungeerden als diaken Prof. E.W.Ch. Frank, professor Culemborg; als sub-diaken: Kapelaan H. Sinnige, Deventer; als diaconus ad intres: de pastoor der parochie, de ZeerEerw. Heer G. M. Spaan; ad crucem: Kapelaan J.H.J. Groothuis, Harmelen; ad aspersorium: Kapelaan Ch.H. Schweigmann, uit IJsselstein; ad mitram: Kapeliaan W.H. Meijers uit Winterswijk; ad baculum: kapelaan X.F.H. Reijers, Utrecht; ad thuribulum: kapelaan W.Th. Smulders, Winterswijk; cantores waren: Directeur H.F. Frank, Seminarie Rijsenburg en kapelaan J.F.G. Deijerink, Groningen. Ceremoniarius de secretaris van het Aartsbisdom, de ZeerEerw. heer J. v.d. Burg. De reliquieën werden gedragen door pastoor Van der Waarden uit Harmelen en pastoor Wösten uit Jutfaas. De plechtige Hoogmis werd opgedragen door den Hoogeerw. Heer Deken Heinen uit Bunnik, geassisteerd door pastoor Wösten, Jutphaas als diaken en pastoor Van der Waarden, Harmelen, als subdiaken. Dc predikatie werd gehouden door kapelaan H.J. Campman uit Heeten, zoon der parochie. Zijn Eerw. wenscht den pastoor der parochie, die vandaag de kroon zette op een werk van jaren, van harte geluk. Dat dit schoone bouwwerk tot stand kwam is te danken aan de offervaardigheid van Montfoorts' parochianen, een offervaardigheid, zooals in 't Aartsdiocees misschien nog nimmer is gezien. De Eerw. spreker bracht dank aan de parochianen voor die offervaardigheid en wenschte ook hen geluk met het nieuwe kerkgebouw. In den breede weidde de Eerw. spr. verder ult over de transfiguratis altaris en over de symboliek van het kerkgebouw met zijn opgaande lijnen. Zoo moet ook het geestelijk leven der parochie Montfoort een opgaande lijn toonen. Het zangkoor der parochie voerde onder de H. Mis op verdienstelijke wijze een Mis van Cuijpers uit. Na de H. Mis, die eerst om half 12 aanving, verliet Mgr. zegenend het kerkgebouw. De zang en het orgelspel kwamen in het nieuwe kerkgebouw uitstekend tot hun recht en het is heden gebleken dat het gebouw een goede accoustiek heeft. Hedenmiddag heeft het R.K. Gemengd zangkoor en de Fanfare aan Mgr. een serenade gebracht in den tuin van de pastorie.


Afbeeldingen

Exterieur

Interieur