Sittard, Geldersestraat 39 - Kloosterkapel Heilig Hart
Uit Reliwiki
Algemene gegevens | |
---|---|
Naam kerk: | Kapel Paters Heilig Hart |
Genootschap: | Rooms Katholieke Kerk |
Provincie: | Limburg |
Gemeente: | Sittard-Geleen |
Plaats: | Sittard |
Adres: | Geldersestraat 39 |
Postcode: | 6136AS |
Inventarisatienummer: | |
Jaar ingebruikname: | 1926 |
Architect: | Wielders, J. |
Huidige bestemming: | klooster Diaconessen |
Monument status: | Rijksmonument 521572 |
Geschiedenis
Paters Heilig Hart.
Met ondersteuning van de Katholieke Stichting Vrienden van de Dominicanessen te Sittard is in 2014 een drietal zusters uit de USA naar Sittard gekomen. De zusters wonen in het voormalige klooster van de de missionarissen van het Heilig Hart in de wijk Overhoven, Sittard. Vanuit dit klooster organiseren de zusters tal van activiteiten, niet alleen in Sittard en de omliggende regio, maar in het hele land.
Monumentomschrijving Rijksdienst
RECTORAATSWONING annex KLOOSTER, 1926, in een door het Expressionisme beïnvloede traditionele stijl. Gebouwd naar een ontwerp van architect Jos. Wielders te Sittard, in opdracht van de Paters van het H.Hart te Overhoven. Het pand is gesitueerd in de lineaire bebouwing aan de oostzijde van de Geldersestraat, tussen de H. Hartkerk aan de zuidzijde en het verenigingsgebouw aan de noordzijde.
Omschrijving
Het rectoraatshuis annex klooster telt een souterrainverdieping, twee bouwlagen en een zolderverdieping op een in hoofdvorm rechthoekige plattegrond, in lengterichting ten opzichte van de Geldersestraat. Risalieten en kleine uitbouwen aan elke gevelzijde, alle gedekt door platte daken. De kopgevels van de uitgebouwde volumes hebben een afdekking van rode grespannen. Het hoofdvolume wordt gedekt door een zadeldak met rode Hollandse pannen. Op het voordakvlak aan de westzijde vier kleine dakkapellen met verticaal ingedeelde vensterkozijnen. Op het achterdakvlak aan de oostzijde drie gekoppelde, sterk horizontaal geaccentueerde dakkapellen, waaruit de kleine roedeverdeling in de glaspanelen is verdwenen. Hoge schoorsteen. Luifelgoten.
Het pand is opgetrokken in geel genuanceerde baksteen, op een rood genuanceerde bakstenen plint. Het geheel is gemetseld in kettingverband. Rechthoekige houten deuren, rechthoekige houten cq. stalen vensters. Zowel kunst- als hardstenen dorpels. Betonnen traceringen in het trappenhuisvenster.
De VOORGEVEL aan de westzijde is asymmetrisch ingedeeld. In de eerste laag een reeks van vijf rechthoekige decoratief ingedeelde vensters, waaruit de oorspronkelijke indeling is verdwenen. In de tweede laag een reeks van tien rechthoekige verticaal ingedeelde vensters, onderling gescheiden door muurdammen en voorzien van een doorlopende dorpellijst. Uit de glaspanelen is de oorspronkelijke achtruits roedeverdeling verdwenen.
Op de hoek van WEST- en ZUIDGEVEL een aan twee zijden afgeschuind, over twee lagen in de dakconstructie doorlopende uitbouw onder plat. In de eerste laag een drietal rechthoekig decoratief ingedeeld vensters, waaruit de oorspronkelijke verticale indeling en/of kleine roedeverdeling is verdwenen. In de tweede laag, in een gepleisterde lijst, een reeks keperboogvormige kapelvensters met glas-in-lood. De ZUIDGEVEL heeft in de eerste laag een dwars uitgebouwde entreepartij van één bouwlaag onder plat. Verdiept in een rond uitgemetselde portiek, onder een betonlatei annex luifel, een rechthoekige dubbele houten paneeldeur, waarnaast een reeks dubbel horizontaal ingedeelde zijlichten. Deze uitbouw heeft aan de oostzijde een tweetal rechthoekige vensterkozijnen en een kleine rechthoekig zijlicht, waaruit de oorspronkelijke indeling alsmede de kleine roedeverdeling is verdwenen. Boven deze uitbouw, tussen het uitgebouwde kapelvolume en een pilaster, heeft de zuidgevel in de middenas een rechthoekig topgevelvenster waarin oorspronkelijk een vijftienruits indeling als ook een aanzienlijk rechthoekig venster, oorspronkelijk verticaal ingedeeld en voorzien van achtienruits roedeverdeling in elk glaspaneel.
De NOORDGEVEL wordt gedomineerd door het uitgebouwde trappenhuisvolume onder plat, waarin een kruisvormig trappenhuiskozijn met spits uitstulpende betonnen traceringen en glas-in-lood. In de kopgevel, evenals in de overige uitgebouwde volumes van de noordgevel, een aantal ongelede kleine rechthoekige vensters. De ACHTERGEVEL aan de oostzijde is onregelmatig ingedeeld. In de eerste laag, zuidelijk van het midden van de gevel, een rechthoekige erker onder plat. Uit het erkerkozijn is de kleine roedeverdeling van de bovenlichten verdwenen. Aan weerszijden een vijftal onregelmatig over de gevel verdeelde rechthoekige vensters, waarin de oorspronkelijke kruisvormige indeling en de kleine roedeverdeling niet meer aanwezig is. Aan de noordzijde wordt de eerste laag beëindigd door een rechthoekige houten deur. In de tweede bouwlaag een reeks van tien rechthoekige vensters, éénmaal dubbel en achtmaal enkelvoudig verticaal ingedeeld. De kleine roedeverdeling uit de glaspanelen is verdwenen. Aan de noordoostzijde een UITBOUW van één bouwlaag onder plat dak. In de oostgevel heeft deze uitbouw een klein rechthoekig houten venster, een rechthoekige houten deur en een later in de gevel geplaatst rechthoekig venster met zijlichten voorzien van bovenlichten. Het INTERIEUR van het rectoraatshuis annex klooster is voor wat betreft de indeling grotendeels bewaard gebleven. In de kapel is een halfronde tussenwand geplaatst. In dit interieur zijn onder meer van belang het trappenhuis met smeedijzeren balustraden, houten handlijsten en glas-in-lood vensters en de glas-in-lood vensters van de kapel.
Waardering
Het rectoraatshuis annex klooster is van cultuurhistorische waarde als uitdrukking van de culturele, sociaal-economische en geestelijke ontwikkelingen in de Mijnstreek in de eerste decennia van de twintigste eeuw. Het pand vertegenwoordigt bovendien een cultuurhistorische waarde als specimen van een typologische ontwikkeling. De architectuurhistorische waarden worden bepaald door de bouwstijl, de betrokkenheid van architect Wielders, de esthetische kwaliteit van diens ontwerp, materiaalgebruik, ornamentiek en de bijzondere samenhang tussen exterieur en interieuronderdelen.
Het pand is van importantie als essentieel onderdeel van het complex Overhoven, is vanwege de situering verbonden met de ontwikkeling cq. uitbreiding van de wijk en is van bijzondere betekenis voor het aanzien van wijk en stad. Het rectoraatshuis beschikt wat betreft exterieur en interieur over een redelijke mate van architectonische gaafheid en is van belang voor de structurele gaafheid van het complex Overhoven en de visuele gaafheid van de bebouwde omgeving. Bovendien kan het rectoraatshuis annex klooster een aanzienlijke typologische en functionale zeldzaamheidwaarde worden toegedicht.
Het pand vertegenwoordigt een algemeen belang vanwege het geheel van voornoemde waarden.
Externe links