Bilthoven, Professor Bronkhorstlaan 10 - Kapel Berg en Bosch
Uit Reliwiki
Algemene gegevens | |
---|---|
Naam kerk: | Kapel Berg en Bosch |
Genootschap: | Rooms Katholieke Kerk |
Provincie: | Utrecht |
Gemeente: | De Bilt |
Plaats: | Bilthoven |
Adres: | Professor Bronkhorstlaan 10 |
Postcode: | 3723MB |
Inventarisatienummer: | 03953 |
Jaar ingebruikname: | 1933 |
Architect: | Koldewey, B.J.; Moorsel, C.M.van |
Huidige bestemming: | horeca |
Monument status: | Rijksmonument 514643 |
Geschiedenis
Architectonisch zeer belangrijke grote kapel, met omringende bijgebouwen. Als kerk buiten gebruik. Thans horecafunctie. Kapel in sanatorium Berg en Bosch.
Monumentomschrijving Rijksdienst
Inleiding
Een aan het eind van de hoofdas gelegen KAPEL met open klokkentoren, visueel bepalend als afsluiter aan de oostzijde van het plein. De kapel, die als zaalkerk getypeerd kan worden, heeft een samengestelde plattegrond en is aan de noordoostzijde door middel van een corridor of tussenlid met het zusterhuis verbonden. De kapel heeft in geel (sintel)steen uitgevoerde gevels. De flauw hellende zadel- en lessenaarsdaken hebben overstekende dakschilden die met rode pannen zijn gedekt.
De voorgevel (westzijde) heeft een bijna symmetrische indeling van drie vensterassen. Rechts van de middenas bevindt zich een open klokkentoren, bestaande uit een massieve, hoog opgaande muur, waartegen aan de uiteinden steunberen zijn gemetseld. In de top is een spitsboogvormige uitsparing, waarin een klok is bevestigd. Op de puntvormige bekroning is een smeedijzeren kruis bevestigd.
De op de middenas geplaatste hoofdingang heeft een dubbele houten lattendeur, waarvoor een houten luifel onder zadeldak is gezet. Het dak van de luifel wordt door twee pijlers met schoren gedragen. Aan beide geveluiteinden bevindt zich een getoogde portiek met zij-ingang. Het hierachter liggende tochtportaal is in een kleine aanbouw langs de zijgevels ondergebracht. Het lessenaarsdak sluit onder de dakrand van het schip op de zijgevel aan.
De zijgevels van het schip -achter de aanbouw van het tochtportaal- zijn vier traveën lang en hebben steunberen, waartussen drie gekoppelde spitsboogvensters met glas-in-lood ramen van Toon Ninaber van Eyben zijn gezet. Het koor achter het schip is geaccentueerd door een hoger opgaand bouwvolume dat een rechthoekige grondvorm heeft. Tegen het koor zijn aan de noord- en zuidzijde lagere bouwvolumes gebouwd. De nokken sluiten onder de dakgoot van het koor op de gevel aan. In de noordelijke aanbouw is een aparte kapel voor de zusters onder gebracht. Tegen de lange gevelzijden hiervan zijn steunberen gemetseld, waartussen hoog geplaatste, gekoppelde spitsboogvensters zijn geplaatst. Het bouwvolume sluit aan de noordzijde door middel van een lange corridor op het zusterhuis aan. De zuidelijk aanbouw, waarin de dienstvoorbereidende vertrekken waren ondergebracht, is kleiner van omvang.
De indeling van de kapel verkeert nagenoeg in originele staat. Het meubilair en de kruiswegstatiën van Mari Andriessen zijn echter verwijderd. Het schip bestaat uit een grote zaal waar de kapconstructie geheel zichtbaar is gebleven. De gebinten rusten op gemetselde kraagstenen. Boven de ingang is een rondvenster met glas-in-lood raam van Henri Jonas, voorstellende Jesus met zijn discipelen op het woelige Meer van Gallilea. In het hoger gelegen koor is de kapconstructie eveneens zichtbaar. Het driehoekvormige glas-in-lood raam onder de kapconstructie (oorspronkelijk boven het altaar) van Henri Jonas stelt Jesus voor die zijn hart in zijn borst toont. Hij wordt omgeven door een krans van stralen (Heilig Hart). In de linkermuur van het koor zijn drie getoogde openingen naar de zusterkapel. De koorbanken zijn hier nog aanwezig en vallen onder de bescherming.
Waardering
Het object is van algemeen belang vanwege de cultuurhistorische waarde als voorbeeld van een kapel binnen het sanatoriumcomplex Berg en Bosch, alsmede van architectuurhistorische waarde als herkenbaar voorbeeld van een kapel in Delftse schoolstijl. Tevens vanwege de ruimtelijk-functionele en ensemblewaarde in relatie tot de overige complexonderdelen en als centrum -fysiek en symbolisch- van het oorspronkelijke complex.