Amsterdam, Kastanjeplein 10 - Bonifatius (1886 - 1982)
Uit Reliwiki
Algemene gegevens | |
---|---|
Naam kerk: | Bonifatius |
Genootschap: | Rooms Katholieke Kerk |
Provincie: | Noord-Holland |
Gemeente: | Amsterdam |
Plaats: | Amsterdam |
Adres: | Kastanjeplein 10 |
Postcode: | 1092BV |
Sonneveld-index: | 04933 |
Jaar ingebruikname: | 1886 |
Architect: | Evert_Margry |
Huidige bestemming: | gesloopt |
Monument status: | geen |
Geschiedenis
Dit was een qua interieur rijk gedetailleerde, kleurrijke, sfeervolle neogotische kerk met later gebouwde sobere toren. Het was één van de mooiste Margrykerken.
Omstreeks 1880 was bij de oostelijke stadsuitbreiding van Amsterdam buiten de singels de oprichting van een nieuwe parochie noodzakelijk, als afspliting van de St. Willibrordus Buiten de Veste bij de Amsteldijk. De toen in aanbouw zijnde Oosterparkbuurt werd een volksbuurt. De nieuwe St. Bonifatiuskerk werd gepland op een ruim perceel tussen de Tweede en Derde Oosterparkstraat, aan het Kastanjeplein. Het was de eerste parochiekerk die in Amsterdam-Oost werd opgericht. Daarachter werden scholen gebouwd t.b.v. de parochie, grenzend aan het Eikenplein. Vanaf de oprichting in 1882 nam de parochie een houten noodkerkje aan de Linnaeusstraat in gebruik, ontworpen door A.C. Bleijs (1842-1912).
Het ontwerp van de nieuwe grote kerk ging aanvankelijk ook naar Bleijs, leerling van P.J.H. Cuypers en architect van o.a. de St. Nicolaaskerk aan de Prins Hendrikkade uit dezelfde tijd en enkele gebouwen (inclusief de kapel) van het nabijgelegen, nieuwe Onze Lieve Vrouwegasthuis. Er werd bezwaar gemaakt tegen de keuze van Bleijs omdat men vreesde dat de buurt eentonig van karakter zou worden als (te) veel gebouwen door hem zouden zijn ontworpen. De nieuwe kerk kwam, na goedkeuring van het kerkbestuur, uiteindelijk tot stand in 1885-1886 naar een ontwerp van E.J. Margry (1841-1891), eveneens leerling van Cuypers. De consecratie vond in augustus 1886 plaats door Mgr. P.M. Snickers, de toenmalige bisschop van Haarlem. Op dat moment miste de kerk nog een grote toren aan het Kastanjeplein wegens geldgebrek.
Het werd een driebeukige neogotische kruisbasiliek met uitspringend dwarsschip, qua ontwerp grotendeels geïnspireerd op de vroege Franse gotiek. De absis was ten opzichte van het schip versmald en voorzien van een omgang. In de hoeken tussen schip en dwarsschip bevonden zich ruime kapellen, evenals aan weerszijden van het koor. Hierdoor, en door de behoorlijke breedte van de hoofdbeuken (ca. 14 meter), had de kerk een enigszins centraliserende opzet. Deze ruime opzet met brede hoofdbeuken bood plaats aan 1850 gelovigen. Kenmerkend voor de kerken van Margry, en beïnvloed door de late Hollandse gotiek, was deze kerk met beschilderde houten tongewelven (over de hoofdbeuken) overdekt. De niet-uitgevoerde toren had de hoogste van Amsterdam moeten worden (ca. 90 meter; zie ontwerptekening onder). Behalve geldgebrek zou het gemeentebestuur bezwaar hebben gemaakt tegen het feit dat de toren de Westertoren (87 meter) in hoogte zou overtreffen. De toren had een slanke, achthoekige bovenbouw, hoekpinakels en een hoge naaldspits moeten krijgen. Mogelijk diende het ontwerp van de toren van de gelijknamige kerk in Leeuwarden (1884) van Margry's leermeester Cuypers als voorbeeld voor dit torenontwerp.
Wegens het genoemde tekort aan geld werd de kerk aanvankelijk sober en kaal opgeleverd; de rijke inventaris en aankleding kwamen in de jaren tussen ca. 1890 en 1925 tot stand (o.a. ramen van H. Geuer en A. Asperslagh, kruiswegstaties door J. Dunselman, doopvont en Maria-altaar door A.C. Bleijs). De polychromie (veelkleurige beschildering) van de wanden werd in 1914-1924 door kunstschilder en parochiaan A. Damen uitgevoerd. De gebrandschilderde ramen in het transept en de zijbeuken dateerden uit de jaren 1920 en waren door A. Asperslagh gemaakt. De ramen in de zijbeuken beeldden scenes uit het leven van de Heilige Bonifatius uit. Het orgel was afkomstig van de firma Maarschalkerweerd en stamde uit 1902.
Pas in 1925-1926 kon de toren alsnog worden gebouwd, wel veel soberder en lager (ca. 65 meter) dan oorspronkelijk de bedoeling was, naar een ontwerp van architect P.J. Pieters. Deze toren werd bekroond door een naaldspits, omgeven door een balustrade, wijzerplaten en vier hoekspitsjes.
Begin jaren 1970 werd, wegens het sterk afgenomen aantal kerkgangers, ongeveer halverwege in de kerk een lang gordijn opgehangen, waarvóór de kerkgangers moesten zitten om de kerkdiensten te kunnen volgen. In die tijd was zulk ophangen van gordijnen "in de mode", om zo de trouwe kerkgangers dichter bij elkaar te brengen. In vele andere, voornamelijk R.K., kerken kwamen zulke gordijnen ook voor. Ook houten tussenwanden kwamen voor. * Interessant object voor wetenschappelijk onderzoek.
Eind 1982 is deze kerk, als gevolg van al jaren teruglopend kerkbezoek, buiten gebruik gesteld; toen is een kleine kerkzaal in de vroegere pastorie ingewijd, die tot eind 2023 in gebruik was. De parochie was inmiddels samengevoegd met die van de St. Gerardus Majella in de Indische Buurt en de St. Anna aan de Wittenburgergracht, en ging verder onder de naam Anna-Bonifatius-Gerardus Majella (ABG). Voorjaar 1983 heeft een grote veiling van stukken inventaris van de kerk plaatsgevonden. Ook het grote achterstallig onderhoud en de matige bouwkundige staat waren redenen om de "grote Bon" af te stoten. In september en oktober 1984 zijn kerk en toren gesloopt. Ter plaatse is later in de jaren 1980 een verzorgingstehuis gebouwd. Na een (financiële) actie is bovenop dit complex een metalen torentje geplaatst met 3 van de 4 wijzerplaten en wijzers van het uurwerk, die zich op de vroegere kerktoren bevonden.
Eind 2023, ruim veertig jaar na de sluiting van de grote kerk, is de kerkzaal aan de Tweede Oosterparkstraat buiten gebruik gesteld.
Literatuur
- Blokland, S. van, Rooms-katholieke kerken in Amsterdam 1306-1935, Amsterdam, 2002, 54-55
- Bos, B., e.a., Uit de geschiedenis van de St. Bonifatius. 100 jaar parochie in Amsterdam-Oost, Amsterdam, 1983