Handelingen

Alkmaar, Laat 128 hoek Diggelaarssteeg - Dominicus (1866 - 1985)

Uit Reliwiki


Bezig met het laden van de kaart...
Algemene gegevens
Naam kerk: St. Dominicus
Genootschap: Rooms Katholieke Kerk
Provincie: Noord-Holland
Gemeente: Alkmaar
Plaats: Alkmaar
Adres: Laat 128, hoek Diggelaarssteeg
Postcode: 1811EL
Inventarisatienummer: 00128
Jaar ingebruikname: 1866
Architect: Pierre Cuypers (1827 - 1921)
Huidige bestemming: gesloopt (1985)
Monument status: Rijksmonument (later afgevoerd)

Geschiedenis

opname JvN 11-08-1969

Dit was een unieke, beeldbepalende, buitengewoon monumentale neogotische kerk met galerijen in het schip en een hoge kruisingtoren, ruimschoots de hoogste (kerk)toren in Alkmaar, 65 m.

R.K. parochiekerk St. Dominicus aan de Laat in Alkmaar, gebouwd tussen 1863 en 1866 ter vervanging van een schuilkerk van de Paters Dominicanen. Dit was - na de St. Laurentiuskerk aan het Verdronkenoord - de tweede rooms-katholieke kerk in de binnenstad van Alkmaar, ontstaan na het herstel van de bisschoppelijke hiërarchie (1853). Beide niet georiënteerde kerkgebouwen werden ontworpen door de bekende Roermondse bouwmeester Pierre Cuypers (1827 - 1921). Volgens velen was van deze twee kerkgebouwen de St. Dominicuskerk de origineelste en monumentaalste kerk.

De St. Dominicuskerk was een uiterst belangrijk werk uit Cuypers' eerste periode (ca. 1850-1870). Het was een driebeukige kruisbasiliek met galerijen en kruisingstoren, geïnspireerd op de vroege Franse gotiek. Door het vrijwel vierkante bouwkavel, tussen de Laat en de Breedstraat gelegen, had de kerk een sterk centraliserende plattegrond en opzet. Dit was als zodanig één van de eerste voorbeelden van Cuypers' stedenbouwkundig goed ingepaste kerken op een klein en ongunstig bouwterrein, waarmee hij later nog vaak zou uitblinken. Hoofdopzichter bij de bouw was Cuypers' leerling E.J. Margry (1841-1891), voor wiens uitgebreide latere oeuvre dit kerkontwerp een belangrijke inspiratiebron was. In de loop van de decennia na de voltooiing werd de kerk inwendig verfraaid en beschilderd door de Amsterdamse kunstschilder Jan Dunselman (1863-1931). De inventaris was afkomstig uit het atelier Cuypers & Stolzenberg te Roermond.

Tot de inventaris behoorden onder andere een hoofdaltaar en preekstoel, ontworpen door Pierre Cuypers (1827 - 1921). Deze zijn echter in de jaren 1960 bij aanpassing van het koor aan moderne liturgische eisen uit de kerk verwijderd (zie oude en recentere interieurfoto's op pagina Wikimedia Commons).

De kerk werd in 1974 buiten gebruik gesteld, officieel wegens bouwvalligheid, vermoedelijk echter ook, en vooral, wegens het afgenomen aantal kerkgangers, die daarna terecht konden in de relatief nabij gesitueerde St. Laurentiuskerk, de eerdere kerk in de Alkmaarse binnenstad naar ontwerp van architect Pierre Cuypers (1827 - 1921).

Hierna volgde een periode van leegstand en verval. Het meubilair is na de buitengebruikstelling grotendeels verwijderd. Intussen was deze kerk in 1973 (in een grote "ronde" van belangrijke 19e-eeuwse kerkgebouwen) eindelijk aangewezen tot (voorlopig) Rijksmonument. Vermoedelijk in verband hiermee hebben, na de sluiting, in het interieur consolidatiewerkzaamheden plaatsgevonden, om de constructie te verstevigen.

Intussen bestond er geen plan tot behoud, laat staan herbestemming.

Met name voorjaar 1981 is in de locale media aandacht besteed aan de deplorabele situatie van dit kerkgebouw, o.a. in een artikel in de Alkmaarsche Courant in april 1981. Er was toen ook een Comité Behoud St. Dominicuskerk actief. De kerk is desondanks in de zomer van 1985 gesloopt, nadat deze van de Rijksmonumentenlijst was afgevoerd, volgens bronnen vanwege procedurele fouten bij de eerdere aanwijzing. Vlak voor de sloop zijn de meeste kleurrijke glas-in-loodramen nog gedemonteerd. Deze neogotische ramen, waarvan vele met voorstellingen, zijn (grotendeels) bij particulieren terecht gekomen. Eventueel na te gaan of, en waar, ooit een raam terecht is gekomen in een andere kerk of in een publiek gebouw.

De kleine klokkentoren naast de voorgevel aan de Laat bleef behouden en werd later in het nieuwe winkelcentrum ter plaatse "geïntegreerd". Ook bij de radicale verbouwing van dat winkelcentrum tot vestiging van Primark, halverwege de jaren 2010, is deze klokkentoren gehandhaafd.

Het Maarschalkerweerd-orgel uit 1897 kreeg in 1984 een nieuwe bestemming in de Sint Willibrorduskerk te Bodegraven.

Literatuur: Rosenberg, H.P.R., De negentiende-eeuwse kerkelijke bouwkunst in Nederland, Den Haag, 1972

Orgel

In de grote door Pierre Cuypers ontworpen en in de jaren 1863-1866 gebouwde Sint Dominicuskerk aan de Laat in Alkmaar bouwde de firma Maarschalkerweerd in 1897/1898 een nieuw orgel. Het instrument had een pneumatische tractuur volgens het systeem van Weigle. De firma Jos H. Vermeulen kreeg het orgel in onderhoud. Al in 1907 wijzigden zij de dispositie door de Gemshoorn 2' te vervangen door een Voix Celeste 8'. Later vervingen zij nog de Violine 8' door een Prestant 4'. Het orgel kreeg in 1918 een electrische windmachine. De originele speeltafel werd in 1919 vervangen bij een schoonmaakbeurt. In 1922 plaatste Vermeulen een zwelkast om het Positief. Bij een revisie in 1939 werd de gehele pneumatiek vernieuwd. Een grotere verbouwing vond plaats in 1954 toen het systeem werd omgebouwd naar electro-pneumatisch. De opstelling van het orgel werd nu ook gewijzigd. De zijtorens kwamen anderhalve meter naar voren, terwijl het middengedeelte tegen de achtermuur kwam te staan. Hierdoor verkreeg men meer ruimte voor het zangkoor. De kerk werd in 1974 gesloten. Afbraak volgde in 1985. Het orgel werd gesloopt, maar enkele delen van het front en een deel van het pijpwerk is gebruikt bij de bouw van een orgel voor de Sint Willibrorduskerk in Bodegraven. De speeltafel werd gebruikt bij de renovatie van het Vermeulenorgel in de Sint Josephkerk te Alkmaar.

  • In 2020 is de R.K. fusieparochie van Alkmaar en omgeving gewijd aan St. Dominicus.

In de media

  • Uit Het Nieuws van den Dag, 19 Augustus 1897.

Te Alkmaar is Maandagavond in de St. Dominicus-kerk, aan de Laat aldaar, plechtig ingewijd het nieuwe orgel, dat bij die gelegenheid bespeeld werd door den Heer Van Leeuwen, organist te Rotterdam, terwijl het koor der kerk, onder leiding van den Heer Schuurman, verschillende kerkliederen uitvoerde, waaronder het „Te Deum" van T.H.H. Verhey. Het fraaie orgel, gebouwd volgens het nieuwste pneumatische systeem, is vervaardigd door de firma Maarschalkerweerd en Zoon, te Utrecht; de fraaie eiken kast, met een indrukwekkend front door de firma Snickers en Margry, te Rotterdam.

Externe links

Afbeeldingen

Exterieur

Interieur