Handelingen

,s-Hertogenbosch, Nemiusstraat 4 - Kloosterkapel De Zoete Moeder

Uit Reliwiki

Versie door JvN (overleg | bijdragen) op 18 mei 2018 om 13:11 (aanvulling)


Bezig met het laden van de kaart...
Algemene gegevens
Naam kerk: Kloosterkapel De Zoete Moeder
Genootschap: Rooms Katholieke Kerk
Provincie: Noord-Brabant
Gemeente: 's-Hertogenbosch
Plaats: 's-Hertogenbosch
Adres: Nemiusstraat 4
Postcode: 5212RG
Inventarisatienummer:
Jaar ingebruikname: 1929
Architect: Valk, H.W.
Huidige bestemming: kloosterhotel De Soete Moeder
Monument status: Rijksmonument 522498

Geschiedenis

Architectonisch en (cultuur)historisch belangrijk kloostercomplex met kapel.

In 1923 dienen de Zusters van Liefde uit Schijndel een verzoek aan de gemeente in om grond te mogen kopen voor de bouw van een klooster en school aan de Nemiusstraat in de nieuwe wijk De Muntel. Zij doen dit op verzoek van pastoor de Beer van de nieuw gestichte parochie van de H. Antonius op De Muntel. In 1928 start de bouw van het complex en op 29 augustus 1929 arriveren de eerste zusters in het opgeleverde klooster. Zij starten daar met het geven van kleuteronderwijs en onderwijs aan de Onze Lieve Vrouweschool aan de Geldersedam.

Op 5 februari 1930 wordt de nieuwe kapel ingezegend en wordt het klooster toegewijd aan de 'Zoete Moeder', dit is de Zoete Lieve Vrouw van Den Bosch, wier beeltenis in de Sint Jan wordt bewaard en vereerd.

in de jaren 1930 wordt het complex uitgebreid met een pensionaat voor oudere dames.

In 1968 trekken de zusters zich terug uit het onderwijs en per 1 mei 2004 vertrekken de laatste zusters uit het klooster aan de Nemiusstraat.

Het complex is in de jaren 2010 verbouwd tot "kloosterhotel" met 24 hotelkamers.

Monumentomschrijving Rijksdienst

Het KLOOSTER van de "Zusters van Liefde" is gelegen aan de westzijde van de Nemiusstraat, in de ten noorden van het centrum gesitueerde 20ste-eeuwse uitbreidingswijk De Muntel. Het klooster werd gebouwd in 1928-1929, naar ontwerp van de architect H. W. Valk, en toont stijlelementen van de Amsterdamse School. Aan het klooster waren een scholencomplex aan de Geldersedam 31-33 (architect Van Aalst, 1924 en H. W. Valk, 1929) en een bejaardenpension (Nemiusstraat 2, architect J. de Graaf, 1935) verbonden - beide buiten de bescherming vallend. Het scholencomplex is via een éénlaags galerij met het klooster verbonden, het in een Traditionalistische stijl gebouwde bejaardenpension sluit aan de zuidzijde op het kloostergebouw aan. Aan de achterzijde werd het klooster in de jaren tachtig van de 20ste eeuw uitgebreid met een tweetal moderne aanbouwen.

Omschrijving

Het klooster bestaat uit een langgerekte, geknikte vleugel, met aan de hofzijde een vierzijdig gesloten uitbouw voor de kapel op de eerste verdieping. Het gedeeltelijk onderkelderde gebouw telt twee bouwlagen onder een samengesteld zadel- en schilddak, gedekt met verbeterde Hollandse pannen. Aan de voorzijde een over nagenoeg de gehele breedte van de gevel doorlopende dakkapel. Boven de kapel een dakruiter. Gevels opgetrokken in baksteen.

De geknikte voorgevel (oostgevel) heeft in de hoek een hoger opgetrokken, door een topgevel afgesloten gevelpartij ter hoogte van de kapel. Natuurstenen kruis in de top. Hierin op de begane grond (voormalige eetkamer van de onderwijzers) breed venster met negenruits raam. Hierboven een betonnen latei. Ter hoogte van de kapel drietal lancetboogvormige vensters met glas-in-lood. Op het niveau van het zangkoor een groot lancetboogvormig venster, waarin glas-in-lood. Links van de kapel de hoofdingang van het klooster, bestaande uit een ingangsportiek met houten luifel op bakstenen pijlers. Hierin een vleugeldeur met panelen. Boven het ingangsportaal een natuurstenen Mariabeeld op een hoge sokkel, uitgevoerd in baksteenornament. Rechts van de kapel, ter hoogte van een klein trappenhuis een overhoeks geplaatste uitbouw met smalle verticale vensters, waarin glas-in-lood. Siermetselwerk op de hoek. Op de begane grond rondboogvensters. Ter hoogte van de verdieping rechtgesloten vensters met éénruits raam. Geheel rechts, aansluitend op de voorgevel een bakstenen muur met rondboogpoort. De noordelijke kopgevel heeft in het midden een licht risalerende en hoger opgetrokken, door een kleine topgevel afgesloten middenpartij. In het midden hiervan een overhoeks geplaatse pilaster, met aan weerszijden kleine éénruits vensters. Op de eerste verdieping smalle, hoge vensters met bovenlicht. In de achtergevel (westgevel) in de hoek van de geknikte gevel de absidiale uitbouw van de kapel. Aan weerszijden hiervan, over circa twee derde van de breedte van de achtergevel een tweelaags uitbouw onder plat. De uitbouw rechts van de kapel - een uitbreiding van de recreatiezaal- is modern. Geheel links gaat de achtergevel op begane grondniveau schuil achter een éénlaags aanbouw, deels onder plat, deels onder zadeldak, daterend uit de jaren tachtig van de 20ste eeuw. De kapel is op de begane grond - ter hoogte van de refter - voorzien van rechtgesloten drieruits vensters, ter plaatse van de kapel smalle lancetvensters met glas-in-lood. Links van de absis op de begane grond boogvensters. Ter hoogte van de eerste verdieping smalle, hoge vensters met bovenlicht. Rechts van de kapel op de begane grond moderne vensters, op de bovenverdieping, ter plaatse van de voormalige slaapzaal rechtgesloten vensters met stolpramen. Inwendig toont het klooster in hoofdlijnen nog de oorspronkelijke dispositie. Een groot aantal vertrekken is echter in de naoorlogse periode gemoderniseerd. Op de begane grond achter de hoofdingang een hal, met links hiervan het grote trappenhuis. Ten westen hiervan, aan de hofzijde de refter. Aan de voorzijde van het klooster een gang, die de spreekkamers en werkkamers aan de westzijde ontsluit. Op de bovenverdieping links de slaapzaal, in de hoek van het klooster de kapel.

In het interieur resteert nog een aantal authentieke elementen: hiervan zijn onder meer van belang: in de gangen op begane grond en verdieping nog delen van de oorspronkelijke tegellambrisering, in het trappenhuis een tegellambrisering, balustrades in hout en siersmeedwerk met Amsterdamse Schooldetaillering. De éénbeukige kapel wordt afgesloten door een spits tongewelf in stuc. Hoger opgetrokken transept, eveneens afgesloten door een spits tongewelf. Tegen de voorgevel een zangkoor met smeedijzeren balustrade. De vensters van de kapel zijn voorzien van glas-in-loodramen, deels (absis) na de Tweede Wereldoorlog vernieuwd.

Waardering

Het klooster van de "Zusters van Liefde" is van algemeen belang. Het klooster bezit cultuurhistorische waarde als bijzonder voorbeeld van kloosterbebouwing in een 20ste-eeuwse uitbreidingswijk van 's-Hertogenbosch. Het klooster bezit architectuurhistorische waarde als bijzonder voorbeeld van een in Amsterdamse Schoolstijl uitgevoerd klooster. Voorts is het klooster van belang vanwege de plaats die het inneemt binnen het oeuvre van de Bossche architect H.W. Valk, in het bijzonder van Valks werk in de jaren twintig, waarin de invloed van de Amsterdamse School duidelijk zichtbaar is. Het klooster bezit ensemblewaarde als onderdeel van een complex, bestaande uit een tweetal schoolgebouwen en een bejaardenpension, dat cultuurhistorisch van nationaal belang is en vanwege de architectuurhistorische samenhang tussen klooster en de overwegend uit de jaren twintig daterende bebouwing in de uitbreidingswijk De Muntel.

MIP omschrijving

  • Bouwperiode: 1929
  • Gevels en materialen: Baksteen. Tweelaags kloostergebouw. Geknikte gevel met in de hoek trappenhuis met glas-in-loodramen.
  • Vensters en deuren: Boogramen op de begane grond, hierboven roedenramen en doorlopende dakkapel. Ingangsportiek met houten luifel, waarop Mariabeeld. Kapel op de verdieping met spitsboogramen en paraboolbogen.
  • Dak en bedekking:Zadeldak gedekt met geglazuurde verbeterde Hollandse pannen.
  • Bijgebouwen: Aan de hofzijde absidiale uitbouw. Dakruiter. Tuinmuur met rand in smeedwerk. Verbonden via galerij met de school Geldersedam 31-33.

Afbeeldingen